Tijd en denken

We kennen allemaal de tijd als er achter gevraagd wordt.
Iedereen heeft leren klok lezen en leeft volgens het ritme van deze klok, niemand staat er nog bij stil dat dit mens gemaakt is, het is niet iets van de natuur.
Voor de natuur is er enkel de zon en de maan, de dag en de nacht zoals wij dat kennen. In sommige delen van de wereld is het maanden aan een stuk nacht en in sommige maanden licht.
De mens heeft tijd ingedeeld volgens seconden minuten uren dagen weken maanden jaren en alles daar tussenin en voorbij.
En praktisch heeft dit wel nut in het systeem dat we leven, we moeten immers op kunnen staan om voor voedsel en afbetalingen te werken, psychologisch echter heeft tijd helemaal geen nut.
En dit gaat dus ook over het psychologische, niet zoals een psycholoog of psychiater uitlegd, want die gaan lekker in je denken gaan en dat nog meer voeding geven.
Je kan bijvoorbeeld aan gisteren denken, of verleden week, verleden jaar of zelfs vijf minuten geleden, je kan ook aan morgen denken, volgende week of ‘straks’, maar in realiteit ben je aan het fantaseren. Het denken is steeds een illusie, zelfs al denk je in de moment dan nog zit je in een illusie. Tijd is dus hetzelfde als denken, je denkt enkel aan zaken die je al weet en die gebeurd zijn of nog moeten gebeuren.
Een mens moet begrijpen dat alle verleden, alle heden en alle toekomst enkel nu bestaan en die nu is nooit statisch, alle tijd is NU, het is een eindeloos moment het onmeetbare het tijdloze.
Zolang je denkt kan je nooit de realiteit van de moment zien, je zit dan enkel in een lusje, steeds herhalen wat al geweest is en nooit tevreden met het nu.
Vele weten ook niet hoe in het nu te komen, sommige denken het te weten, maar een gedacht is niet de realiteit, het is gewoon het ene gedacht dat tegen het andere zegt ‘ik weet het’.
Er valt eigenlijk niets te weten, want buiten tijd is denken ook kennis… Je kan alleen maar denken aan zaken die jou geleerd zijn, ervaringen die je hebt opgedaan, en wat andere je verteld hebben. Je hebt dit of; aangenomen als waarheid, of jezelf ertegen verzet en een eigen mening gevormd, een conclusie of theorie gemaakt, maar geen van dit alles brengt jou in de stilte van het nu.
Het is dus niet zozeer iets te leren, maar veel meer het afleren.
Het onmetelijke zit in elke mens, verborgen achter generaties van conditionering. Het meeste van wat je weet is er al honderden jaren, sommige wel duizenden jaren. Zaken zoals taal, rekenen, religie, overheidsvormen,… Maar ook de diepere zaken zoals angst, lijden, verdriet, plezier, haat, woede, jaloezie, enz
Vele mensen denken dat het ‘hun’ angst, lijden, verdriet, pijn, plezier enz is, maar eens je uit het denken stapt weet je dat dit niet persoonlijk is, het is niet iets van jou of van mij, het is van de mensheid.
Hetzelfde met liefde, je bent liefde of je bent dat niet, het is niet iets dat met het denken te maken heeft. Mensen kunnen jou gezegd hebben wat liefde is, maar zolang je het zelf niet inziet zal je nooit weten wat het is, liefde is bijvoorbeeld geen verlangen, is niets seksueel en is niet iets persoonlijk, liefde is van het mensdom.
Je kan niet iemand lief hebben en er jaloers op zijn, kwaad op zijn, onbegrip voor hebben enz… Dan is het alles behalve liefde. We zeggen nogal snel ik ben verliefd, maar wat is er dan verliefd? Het beeld dat je van iemand gemaakt hebt? Dus hou je niet echt van die persoon maar van het beeld dat het denken samengesteld heeft… Liefde is iets puur, iets onmetelijk en niet in woorden uit te drukken.